De OS-wegrit van 2008 en de Parijs-Tours van Erik Dekker zijn al genoemd. Ik wil daar zeker de Parijs-Roubaix van Servais Knaven aan toevoegen, vanwege de ppur middeleeuwse aandoende omstandigheden, Allemachtig wat kwam die kers tot zijn recht in dat beestenweer. De finale begon in feite al op 140km van de meet!
Wat ik hier nog niet heb gelezen: de magistrale wijze waarop Cancellara een touretappe won (2007 toch?) door een aanval in de laatste 1100 meter. Fenomenaal reed hij de sprintploegen uit het wiel. Een ouderwetse Ekimovje, een Nijdampje, een Thierry Marietje, maar dan nog fraaier: Cancellara viel aan op een moment dat er nog vluchters een stukje vooruit waren en hij stoof ze binnen 100 of 200 meter voorbij. Ik heb met open mond zitten kijken.
Dekkers 3e in de Tour dat hij er 3 won vond ik ook heel mooi, ik meen in Lausanne of Montreux. Die won hij puur dankzij de rust die hij had verkregen doordat hij er al 2 op zak had. Vooruit met Mario Aerts. Peloton is aantocht. Dekker speculeert nog in de laatste 600 meter, weet dat Aerts wel tempo blijft maken, juist omdat Aerts geen winnaarstype is en omdat voor Aerts 2e worden ook leuk is. Dekker dringt Aerts de kop op. Sprintend peloton nadert en nadert. Dekker wacht lang, maar plaatst zijn sprint, veel sneller dan Aerts, precies op het juiste moment. Dekker blijft de massasprinters net voor, de topsprinters passeren wel Aerts, die 6e wordt.
Ik heb ook fraaie herinneringen aan Gesinks etappezege op de Ventoux in de Tour van 2009. Juist nadat het klassement naar de vaantjes was gegaan nam hij schitterend revanche met die zege.